Kunstenaars en woningcorporaties: geen vanzelfsprekende combinatie. Toch kiezen steeds meer corporaties voor de inzet van kunstenaars in buurten. Bijvoorbeeld om te achterhalen wat er leeft, of om sloop en renovatie bespreekbaar te maken. Maar ook om de leefbaarheid te verbeteren en ontmoeting te faciliteren.
“Kunstenaars betreden een buurt op een andere manier dan andere professionals. Ze zijn autonoom, worden niet gehinderd door kaders en regels en zien door hun creativiteit vaak nieuwe wegen en mogelijkheden. Ze kunnen aan de zijde van de bewoners staan, maar ook de bestaande status quo uitdagen. Ze zijn soms confronterend en dan weer verzachtend.” Dat zegt Mathilde Heijns van het Centrum voor de Kunsten Eindhoven (CKE). Het CKE faciliteert projecten voor organisaties die kunstenaars willen inzetten rondom maatschappelijke vraagstukken, waaronder woningcorporatie Woonbedrijf. “Kunstenaars en ontwerpers gaan zonder een van te voren vastgesteld einddoel en zonder eigen agenda een buurt in. Ze zijn neutraal, luisteren eerst en stellen vragen. En daarbij is elk antwoord en elke uitkomst goed. Dat gebrek aan een eigen belang, maakt dat ze op een andere en unieke manier contact kunnen maken in de buurt. En dat kan een heel goede aanvulling zijn op het werk van corporaties: het levert waardevolle informatie op en het brengt sociale processen op gang.”
Marlies van Weelden en Auke van de Kerkhof zijn beiden zowel beeldend therapeut als kunstenaar. Naast hun werk als therapeut, respectievelijk bij de GGZ en in een eigen praktijk, voeren ze projecten uit in opdracht van woningcorporaties, gemeentes en zorginstellingen. Van de Kerkhof: “In mijn praktijk werk ik veel met kwetsbare gezinnen. Dat is altijd gericht op een hulpvraag. Maar ik werk ook graag met kwetsbare doelgroepen waarbij die hulpvraag niet het uitganspunt is. Ik geloof heel erg in de luchtige, out-of-the-box benadering die kunst met zich meebrengt.”
Reacties