BewonerDe gebruiker is bekend. Hij is gehecht aan de woning en heeft eigen wensen en mogelijkheden. Het onderhoud of de renovatie vindt zo goed als altijd plaats in bewoonde staat. Na de oplevering is het huis weer van de bewoner. De waardering wordt bepaald door het verschil tussen zijn verwachting en de geleverde prestatie.
Reparatie
De conditie van gebouwonderdelen moet worden bepaald, kwalitatief en kwantitatief. Reparatie is een mogelijkheid om de levensduur van een gebouwdeel te verlengen. De feitelijke reparatie moet deskundig worden uitgevoerd, waarbij ondanks een goede voorbereiding, in het werk pas duidelijk wordt hoeveel er daadwerkelijk gerepareerd moet worden.
Aansluiten
Zaken moeten vervangen worden, vanuit het gebruik zijn aanpassingen nodig en het verduurzamen vraagt toevoegingen. Dat betekent dat nieuw op oud moet worden aangesloten. Dit is zowel een ontwerp- als een uitvoeringsvraagstuk, waarbij de mogelijkheden van de bouwplaats altijd een beperkende factor zijn.
Tijd
Een renovatie is een hinderlijke onderbreking van het beheer. Activiteiten moeten slim in de tijd worden uitgezet: wat doe je nu, wat doe je later, wat neem je preventief mee? Wat zijn de financiële consequenties in de lopende exploitatie?
Wat mij opvalt, is dat kennisontwikkeling, opleiding en innovatie op de bovengenoemde aspecten op onderdelen wel aanwezig is, maar helaas nog versnipperd. In vakopleidingen, van vmbo tot de universiteit, met een duidelijk profiel gericht op het behouden van woningen, kunnen bovengenoemde aspecten integraal aan de orde komen. Dit kan de hevel zijn voor opdrachtgevers, leveranciers en bouwers om tot gewenste innovaties en conceptontwikkeling te komen, gericht op een slimme aanpak en de verduurzaming van de bestaande woningvoorraad.
Adjunct directeur en manager vastgoed, Woonbedrijf
Reacties