Slim verbindt de woorden ‘intelligent’ en ‘slank’ en dat is precies wat met de introductie van de zogenoemde Beeksteen® door CRH-Baksteen wordt bereikt. Hoe eenvoudig kan het zijn? Een slankere steen met een hogere toegevoegde waarde. Een prachtig voorbeeld van ‘Less is more’, de beroemde uitspraak van Ludwig Mies van der Rohe die in zijn tijd al doelde op de noodzaak tot minimaliseren.
Less is more 28 Artikel
De baksteen heeft in de loop van de twintigste eeuw geleidelijk in betekenis
ingeboet. In binnenwanden is hij nagenoeg verdrongen door kalkzand-
steen en gips. Dat is voornamelijk op prijs gebaseerd, want vooral het feit
dat baksteen zeer dimensiestabiel is (geen krimp, zeer lage thermische
uitzettingsco?ffici?nt, ongevoelig voor vocht) maakt het product uitermate
geschikt voor allerlei typen wanden. Een superieur materiaal als je het zo
bekijkt, maar ten opzichte van gips en kalkzandsteen wel duurder. In feite
is het nu alleen nog het segment gevel waar de baksteen nog breed wordt
toegepast. Gevels uit baksteen zijn concurrerend en vragen relatief weinig
onderhoud. Vandaar dat baksteen zich in de gevel goed heeft kunnen
handhaven, hoewel ook hier moet worden geconstateerd dat er een groei-
ende diversiteit aan materialen voor de buitenschil wordt aangeboden.
Dragend hoeft baksteen overigens niet meer te zijn. Die functie is nage-
noeg verloren gegaan. De baksteen dient in feite nog als esthetische af-
werking en heeft voorts nog een beschermende functie naar de achterlig-
gende ge?soleerde constructie. `Keramisch behang' is ook een benaming
die in de markt nog wel eens wordt gebezigd. Daarmee doe je het materi-
aal wel wat te kort, want wind en water worden door de bakstenen schil
goed afgeremd. Ogenschijnlijk vraagt baksteen nog wel veel arbeid op de
bouwplaats en uren bepalen de uiteindelijke kosten in hoge mate, maar
ondanks de relatieve ambachtelijke verwerking blijft een bakstenen fa?ade
financieel aantrekkelijk.
Duurzaamheid
Een punt van zorg is wel de duurzaamheid. Klei wordt doorgaans kort bij
de producerende bedrijven gewonnen, maar is niet onuitputtelijk aanwezig
en het afgraven van klei leidt tot een aantasting van het landschap. Een
overigens lastige discussie omdat ook in een kleigroeve (leemkuil) weer
prachtige natuur kan ontstaan. Wel vraagt het bakken van klei relatief veel
productie-energie. Ovens zijn door de jaren heen steeds effici?nter gewor-
Less is more Jos Lichtenberg
Slim verbindt de woorden `intelligent' en `slank' en dat is precies wat met de introductie
van de zogenoemde Beeksteen? door CRH-Baksteen wordt bereikt. Hoe eenvoudig kan
het zijn? Een slankere steen met een hogere toegevoegde waarde. Een prachtig
voorbeeld van `Less is more', de beroemde uitspraak van Ludwig Mies van der Rohe die
in zijn tijd al doelde op de noodzaak tot minimaliseren.
Figuur 1: Beeksteen naast Waalformaat
Less is more 29 Artikel
toverhouding wordt gunstiger. Het lijkt weinig, maar bij een gemiddeld ge-
bouw levert deze simpele maatregel toch tot ongeveer 1 procent meer
gebruiksoppervlakte op. Dat resulteert uiteraard ook in een evenredig ho-
gere en interessante huuropbrengst.
De metselaar zal wellicht even moeten wennen aan een verlaagd mortel-
verbruik, maar ook hij heeft er uiteindelijk baat bij. De steen is ook 35 pro-
cent lichter en dat betekent een verlichting van het werk. Voor het metselen
zelf, maar natuurlijk ook voor het opperen. Daarbij is de grip bij een smal-
lere steen ergonomisch aantrekkelijk. Te verwachten is dat ook de verwer-
kingskosten per m2 zullen dalen. Een lichtere steen betekent ook een la-
gere belasting voor de constructie, zoals de fundering, en kan ook daar
nog een besparing opleveren.
De presentatie op de Provada was vooral bedoeld om de reacties uit de
markt te peilen, maar ook om een eerste project met de Beeksteen te
verwerven en te kunnen realiseren. De voorbereidingen daartoe lopen in-
middels. Daarna gaan de trossen echt los.
Energie
Laten we de energie- en ruimtewinst eens nader bekijken. De productie
van baksteen verschilt heel erg, afhankelijk van de soort en ouderdom van
de oven. Juist in de oventechniek zijn zoals gezegd forse vorderingen ge-
maakt en bedrijven met een jonge oven doen het daarom beter. Er zijn
bedrijven die veel lager uitkomen, maar met een verbruik van 2,5 GJ /ton
wordt een redelijk gemiddelde referentie afgegeven. In een bakstenen
wand van 100 mm (tot circa 170 kg/m2 ) zit dus ongeveer 0,43 GJ produc-
tie-energie opgesloten. Voor het gevoel: dat komt overeen met 13 ? 14 m3
aardgas. Bij een levensduur van 50 jaar derhalve iets meer dan een kwart
kubieke meter gas per jaar.
Kijkend naar het energieverlies in de woningbouw gaat via gevels met een
R-waarde conform het bouwbesluit van 2,5 m2K/W, jaarlijks per m2 onge-
den en er wordt ook steeds slimmer met restwarmte omgegaan; het wordt
bijvoorbeeld ingezet voor het drogen van klei. Toch blijft het bakken van klei
een relatief fors energievragend proces. Energie vraagt vanuit productie-
kosten de nodige aandacht binnen de sector. Met stijgende energieprijzen
is er ook vanuit een economisch perspectief een behoorlijke drive om ener-
gie te sparen. Echter ook vanuit een duurzaamheidperspectief staat ener-
giebesparing steeds steviger op de agenda. Baksteen is erg duurzaam in
termen van `lang meegaan' en als je de productie-energie over meer jaren
afschrijft, is het allemaal nog niet zo negatief als het in eerste instantie lijkt.
Niettemin is er in de sector veel aan gelegen om ook op duurzaamheid een
innovatiebijdrage te kunnen leveren. Stilstand is immers achteruitgang in
een markt waar stevig over duurzaamheid wordt nagedacht en waar be-
drijven in hoog tempo actief zijn om daarop te anticiperen.
CRH pakte ongeveer twee jaar geleden de handschoen op door uit allerlei
geledingen uit de bouw een innovatieforum samen te stellen. In een gedre-
ven en inspirerende flow werden in enkele sessies diverse innovatie-
mogelijkheden gegenereerd, gewogen en uitgewerkt. Uiteindelijk is uit het
forum de Beeksteen als eerste ontwikkeling opgepakt en door CRH verder
uitgewerkt tot een productierijp product.
35 procent minder
De Beeksteen, die in juni 2009 op de vastgoedbeurs Provada werd ge?n-
troduceerd, is 65 mm dik in plaats van de gebruikelijke 100 mm (Waalfor-
maat, figuur 1) en is verder een normale steen. Met de diktereductie van 35
mm (35 procent) wordt allereerst evenredig op materiaal, energie en CO2-
emissie gespaard. Op een gebouw lijkt dat betrekkelijk, maar op gevel-
niveau of buitenschilniveau is dat een zeer aanzienlijke reductie. Dat geldt
ook voor transport en ruimtebeslag in de hele baksteenketen.
Een dunner buitenblad levert ook ruimtewinst op. Dat kan ten goede ko-
men aan extra isolatie, maar ook aan meer binnenruimte. De bruto-/net-
Figuur 2 (boven): De uitgevoerde zandzakslingerproef. Figuur 3: Voorbeelden van verbanden en oplossingen bij hoeken en be?indigingen
Halfsteens verband
uit- en inwendige hoek
Noors- of kettingverband
uit- en inwendige hoek
Vlaams verband
uit- en inwendige hoek
Muurdam Muurdam Muurdam
explore the edge
between stairs and art
Harselaarseweg 102 | NL 3771 MB Barneveld | T +31 (0)342 405700 | E-mail nl@eestairs.com | Website www.eestairs.com
Less is more 31 Artikel
veer 3,5 ? 4 m3 gas verloren. Bij de gedane aannames vormt de productie-
energie van de baksteen dus zo'n 7 procent van het transmissieverlies.
Met de 35 procent reductie die de Beeksteen levert, wordt dus wel degelijk
ook op energiegebied een wezenlijke bijdrage geleverd. Van 7 procent naar
4,5 procent is beslist interessant.
Ruimtewinst
De meerwaarde zit voor een belangrijk deel ook in de ruimtewinst. Zelfs op
een verrassend niveau. Weinigen zullen zich realiseren dat door een smal-
lere steen meer interne ruimte ontstaat. Afhankelijk van de vorm van het
gebouw kan dit oplopen naar 1 procent ruimtewinst. Voor de belegger is
duurzaamheid al interessant, omdat steeds vaker uit onderzoek blijkt dat
duurzaamheid een verhoging van de waarde oplevert. Uiteraard gaat het
dan niet all??n over de bakstenen schil, maar alles helpt. 1 procent ruimte-
winst is echter ??n op ??n in financieel voordeel om te zetten. De waarde
is immers via de BAR (Bruto Aanvangs Rendement) direct gekoppeld aan
de huuropbrengst. Als regel geldt dat de waarde (bepaald op basis van de
BAR, die afhankelijk is van de vraag en de markt en lokaal enigszins kan
verschillen) circa 12 keer de huuropbrengst per jaar is. In principe gaat dus
daarmee de waarde rechtevenredig met het verhuurbare oppervlak ook
omhoog. Over `Less is more' gesproken.
In theorie zou je de extra ruimte ook aan extra isolatiedikte ten goede kun-
nen laten komen. De energiebesparing is financieel van minder betekenis
dan de toename door extra verhuurbaar oppervlak, maar toch ook interes-
sant. De R-waarde vertrekkende van 2,5 m2K/W loopt met 3,5 cm extra
isolatie op basis van een warmtegeleidingco?ffici?nt (rekenwaarde) van
0,040 W/mK, op naar 3,4 m2K/W. In gasbesparing bijna 1 m3 gas per jaar
per m2 gevel. Toch al op jaarbasis 5 ? 6 maal meer dan de productie-
energie van de Beeksteen die valt te becijferen op 65 procent van 0,25,
dus circa 0,17 m3 aardgas.
Getest
Een nieuw product mag dan klinkende voordelen hebben, het roept ook
altijd vragen op. Vragen die de producent zich in veel gevallen natuurlijk zelf
ook al heeft gesteld en waartoe ook een ontwikkelingsprogramma is door-
lopen.
CRH heeft moeten investeren in de productie om de productielijn geschikt
te maken voor de Beeksteen. In ieder geval andere mallen, maar ook in het
proces zijn er wel wat aanpassingen doorgevoerd. Het geheim van de
smid.
Een belangrijke inspanning zit ook in het bepalen van de sterkte. Uit be-
proevingen met de zogenoemde zandzakslingerproef (figuur 2) blijkt dat de
sterkte op basis van 6 ankers per m2 voldoende is voor normale applica-
ties. Mogelijk zelfs 4 ankers, maar CRH wenst veilig te starten. Ook de
constructieve analyses gaan tot nu toe uit van 6 ankers per m2.
Metselverbanden zijn min of meer allemaal mogelijk, maar bij de hoeken en
aansluitingen dienen aanpassingen te worden doorgevoerd. Een kop is nu
eenmaal anders dan bij het Waalformaat. Een uitgebreide studie naar voor-
komende details is uitgevoerd (figuur 3) en ook zijn bij CRH proefmuren
met veel van deze details gerealiseerd (figuur 4). "God is in the Details",
zoals de al genoemde Mies van der Rohe ooit stelde.
Een beperking is vooralsnog dat de steen alleen kan worden afgewerkt
met een zogenoemde doorgestreken voeg. Dat is een voeg die direct door
de metselaar wordt afgewerkt. Uitkrabben zou tot een minder stabiele
wand leiden. Het voordeel daarvan is natuurlijk wel dat er geen aparte
voeger hoeft te komen en dat de steiger sneller kan worden afgebroken.
Conclusie
De Beeksteen is een mooi voorbeeld hoe je met een simpele ingreep een
groot effect kunt bereiken. Iedereen had het kunnen bedenken, maar CRH
heeft dit met steun van een innovatieteam gerealiseerd. Het zijn altijd juist dit
soort innovaties die kansrijk blijken te zijn. De toekomst gaat het ons leren.
Figuur 4: Voorbeelden van metselwerk met de Beeksteen
Reacties