Log in
inloggen bij Renda
Hulp bij wachtwoord
Geen account?
shop word lid
Home / Columns

De corporatie is geen uitkeringsinstantie

Hans van Vucht
Het gaat beter met Nederland, volgens de cijfers van het CBS. ‘We’ groeien voorzichtig. Hiep hiep hoera, zou je denken. Helaas gaat de groei aan sommige mensen voorbij. Sterker nog, zij moeten de rekening betalen van de financiële crisis. Onder hen zijn (veel) mensen die een woning huren bij een woningcorporatie. De afgelopen jaren hebben zij te maken gehad met forse huurverhogingen.

Als adviseur en onderzoeker kom ik regelmatig bij deze mensen thuis. Veelal is er dan een ingrijpende woningverbetering in voorbereiding of in uitvoering. Ik word onder andere ingehuurd door corporaties om eraan bij te dragen dat 70% van de bewoners ja zegt tegen een door de corporatie geplande woningverbetering. Is minimaal 70% van de bewoners voor dan mag het plan worden uitgevoerd.

Momenteel zijn energetische maatregelen een hot item. Door deze maatregelen besparen huurders op hun energierekening en neemt het wooncomfort toe. Fantastisch toch, hoor ik u denken. Uiteraard is het een prettige gedachte, meer voor minder, maar er is ook een keerzijde. De besparingen zijn niet te garanderen. De huurverhoging die met de woningverbetering gaat gepaard, is dat wel. Veel bewoners voelen zich daardoor in het nauw gedreven; zij moeten voor of tegen stemmen. Ze willen wel, maar durven vaak niet. Een aanzienlijke groep mensen kan nu al met moeite rondkomen en voelt zich genoodzaakt tegen woningverbetering te stemmen. Woningcorporaties zien dit met lede ogen aan; menig goed plan sneuvelt.

Ik snap alle betrokkenen wel. De betreffende huurders voelen niets voor een ‘harde’ huurverhoging tegenover een ‘zachte’ besparing. En corporaties willen juist hun woningen betaalbaar en comfortabeler maken. Gelukkig gaan steeds meer woningcorporaties hier goed mee om. De huurverhoging vanwege het verbeteren van de woning wordt steeds meer gematigd, waardoor de huurder lagere woonlasten kan behalen. De onzekerheid over de besparing blijft echter bestaan.

De politiek maakt het nog een stukje moeilijker. De vastgestelde verhuisvergoeding bij renovaties van bijna €6000 drukt op de projecten. Daarnaast zijn er gemeentelijke kaderafspraken waarin exact is vastgelegd welke vergoeding de huurder krijgt bij woningverbetering. U denkt misschien ‘prima’, maar in mijn ogen is dit geen goede zaak. Het leidt tot ontevreden bewoners. Ik zie het regelmatig gebeuren in de praktijk. Sommige bewoners proberen zo veel mogelijk geld te ontvangen en gaan dwarsliggen. Zij eisen meer geld en zijn ontevreden als ze het niet krijgen. Andere bewoners gebruiken de vergoeding voor andere zaken dan waar die voor is bedoeld; hun woning is de sluitpost. Ondanks de uitgekeerde vergoeding kunnen mensen ontevreden zijn over de opgeleverde woning. Woningcorporaties zijn uitkeringsinstanties geworden in plaats van verhuurders en woningverbeteraars.

Mijn pleidooi is om de genoemde gelden slimmer in te zetten. Gebruik ze om de huurverhoging te dempen of de woning beter naar wens op te leveren. Huurders krijgen na een woningverbetering vaak te maken met spullen die in de nieuwe situatie niet meer passen. Bovendien moeten zij voor en na de werkzaamheden een hoop zelf doen. Door hierop in te spelen en huurders te ontzorgen, kan een hogere tevredenheid worden bereikt. Denk bijvoorbeeld aan het op maat maken van gordijnen en lamellen. Als bewoners hulp nodig hebben bij het verplaatsen of verhuizen van hun spullen, is dat ook te regelen. In die gevallen is de corporatie weer een echte verhuurder en geen uitkeringsinstantie.

Directeur Centrum voor Woononderzoek

Reacties

Renda ©2024. All rights reserved.