Log in
inloggen bij Renda
Hulp bij wachtwoord
Geen account?
shop word lid
Home / Columns

De gemeenschap die concurreert met markt en overheid

Text book theory: de markt bepaalt vraag en aanbod en de overheid corrigeert dit voor zover de markt faalt. De gemeenschap speelt hierin geen rol, maar we moeten constateren dat dit niet juist is. De gemeenschap voorziet wel degelijk in behoeften, zoals sport en cultuur. Dergelijke waarden kunnen zo hoog gewaardeerd worden dat de markt ze kan oppakken; denk aan topsport, of de overheid, denk aan topcultuur, maar voor het overige pakt de gemeenschap dit op.

Had de theorie niet beter kunnen luiden dat markt, overheid en gemeenschap sturend zijn voor vraag en aanbod? Alle drie kunnen elkaars falen corrigeren. Zo kun je redeneren dat de gemeenschap het falen corrigeert van markt en overheid om te voorzien in cultuur. Als markt en overheid falen om te voorzien in zorg, dan pakt de gemeenschap dit ook op. Dat klinkt logisch, maar het klinkt wel alsof de gemeenschap hier een soort laatste redmiddel is.

In plaats van laatste redmiddel bij falen van markt en overheid kun je ook redeneren dat de gemeenschap vaak gewoon beter presteert. Mensen ontdekken de concurrentiekracht van de gemeenschap ten opzichte van markt en overheid. Dat doen zij bijvoorbeeld op het terrein van duurzame energie. Markt en overheid kunnen veel rond duurzame energie, maar om groepen mensen aan te zetten tot verandering in hun eigen woonomgeving werkt de gemeenschap beter. Dat bewijzen de tientallen initiatieven van mensen die samen aan de slag gaan met verduurzaming van hun energiegebruik.

De gemeenschap gaat concurreren, en daarbij komt nog een volgende constatering, namelijk dat de gemeenschap niet meer helemaal dezelfde is als waarover we gewend zijn te spreken. Als we in Nederland daarover spreken, bedoelen we een heterogene gemeenschap, die verdeeld is naar regio, cultuur, afkomst, leeftijd, interessegebied. In dat patroon treden nu veranderingen op. De eerste is dat zich een gemeenschap vormt van burgers; Engelsen spreken over civic society. De tweede verandering is dat mensen binnen die gemeenschap van burgers bereid zijn om productie over te nemen van marktpartijen en overheden. Zo nemen zij bijvoorbeeld productie over van energie en van zorg, en ook van welzijn, veiligheid, groen en transport.

Zo val je van de ene verbazing in de andere. Daar komt nog een verbazing bij, want als burgers bezig zijn als burgers, zijn zij dan geen overheid? En, zijn zij niet ook tegelijk bedrijf en gemeenschap? Er vindt een transformatie plaats binnen de domeinen overheid, markt en gemeenschap. Dit is geen beweging richting minder markt en overheid en meer gemeenschap. Sprake is van een meer radicale transformatie waarin groepen burgers tegelijk gemeenschap, markt en overheid zijn. Vanuit die positie sturen zij marktpartijen en overheden aan, en misschien ook wel gemeenschappen, zoals een kerkgemeenschap of sportclub die anders gaan functioneren.

In de lopende discussie over deze transformatie speelt nog veel meer. Zo is er terechte aandacht voor de sociale, immateriële kant van gemeenschappen en voor de maatschappelijke kosten en baten. Productie in gemeenschappen kan minder vervreemdend zijn. Daaraan nemen mensen deel die veel oog hebben voor geestelijke naast materiële groei, en die respect voor de omgeving belangrijk vinden. Heel praktisch kan dat tot vragen leiden of lokale energiebedrijven de relaties verstevigen tussen mensen, en of dat tot een beter aanbod van energie en tot meer duurzaamheid leidt. Is dat het geval, dan ligt interessant bewijs op tafel dat de gemeenschap inderdaad concurrerend is.

Reacties

Renda ©2024. All rights reserved.