Op 10 september organiseerde het Energiefonds Overijssel een workshop voor technici, adviseurs en eigenaren of beheerders van maatschappelijk vastgoed met als doel de eerste stappen te zetten voor concrete energieverbeteringen in het maatschappelijk vastgoed in en rond Deventer. Daar werden interessante lessen geleerd. Het Energiefonds Overijssel, dat 250 miljoen euro uit wil lenen, onderkent het probleem dat de besparingen op de energienota ten voordele uitpakken van degenen die de energienota betalen, maar de investeringen moeten gedaan worden door degenen die het gebouw bezitten. Om uit de impasse te raken stimuleert het Energiefonds Overijssel de vorming van aparte EnergieService Companies, ESCO’s, die de investeringen op hun balans nemen. Zo krijgt de gebruiker van het pand een lagere energienota, of het vooruitzicht dat de rekening niet op gaat lopen met stijgende energieprijzen, terwijl de eigenaar minder kapitaalinvesteringen hoeft te doen. Bij het uitnodigen van de diverse eigenaren, beheerder en gebruikers van het maatschappelijk vastgoed in Deventer bleek dat het moeilijk is de juiste personen te bereiken. De technische dienst is wel geïnteresseerd in de techniek maar gaat niet over de investeringen. De bestuurders hebben de neiging zich niet te verdiepen in technische zaken, terwijl juist hun visie en hun strategische keuze doorslaggevend zijn om al dan niet te investeren. Wie is er nu het aanspreekpunt voor het meedoen aan zo’n ESCO? Zonder de nadrukkelijke wil van de bestuurders komt er geen proces op gang om te verkennen wat wel kan, ook als de financiele middelen beperkt zijn. Hoe komen de installateurs en adviseurs aan tafel bij de juiste mensen?
Tijdens de intensieve gesprekken aan kleine tafels verdrongen de adviseurs en technici zich rond de eigenaren of gebruikers van het vastgoed. Er bleek een grote bereidheid te bestaan bij de aanwezige eigenaren en gebruikers om zich te laten voorlichten over wat een ESCO precies kan en wat niet.
Daar zaten allerlei concurrenten van elkaar aan tafel. De een was ervaren in WKO’s, de ander wilde PV-leasen aanbieden, een derde kon alle bestaande installaties komen optimaliseren, etc. Om efficiënt een financiering geregeld te krijgen, hetzij via het Energiefonds Overijssel, hetzij via het ASN groenprojectenfonds of via een andere manier, moet een energieproject een minimale omvang hebben. De energieprojecten worden gefinancierd op basis van de kasstroom, niet op basis van de onderpandswaarde. Aan die kasstroomfinanciering kleeft veel werk, vandaar dat kleine projecten het zo niet halen.
Aan het eind van de intensieve middag concludeerde het Energiefonds Overijssel dat de diverse concurrerende partijen elkaar zouden moeten opzoeken om met mooie, grote projectvoorstellen te kunnen komen. Over de eigen schaduw heenstappen. En dan pro-actief de gebruikers en eigenaren van het vastgoed voorstellen doen om een op-maat-gesneden plan te maken voor het verbeteren van de energie-efficiëntie en voor het opwekken van energie. Verwijzen naar geslaagde projecten bij soortgelijk vastgoed is daarbij van groot belang.
Het Energieakkoord biedt alvast de mogelijkheid om binnen de eigen postcoderoos energie op te wekken waarbij minder energiebelasting moet worden betaald. Dat is al een aanleiding om projecten op te gaan schalen en voor betere prijzen energie op te wekken.
Hoe gaan de technici de koppen bij elkaar steken? Hoe gaan zij op een nieuwe manier hun diensten aanbieden? Niet wachten op de opdracht, maar de opdracht zelf aanbieden? In Overijssel liggen er nu volop kansen omdat daar zojuist 15 corporaties besloten hebben voor meer dan 100 miljoen te gaan investeren met leningen van ruim 60 miljoen uit het Energiefonds Overijssel.
Wat in Overijssel kan, dat moet elders ook mogelijk zijn. Corporaties die nog niet weten hoe ze zelf energieprojecten kunnen opzetten, kunnen gebruik maken van een gratis handig e-book dat Atriensis op 26 september lanceert. ASN Bank schreef het hoofdstuk over financiering.
Reacties