Het besluit tot samenvoeging wordt op dit moment voor zienswijzen voorgelegd aan de huurdersvertegen-woordiging en andere belanghebbenden, waaronder de gemeenten waar beide corporaties actief zijn. De samenvoeging moet nog worden goedgekeurd door minister Blok (Wonen).

Omdat WdK geen eigen werkorganisatie heeft, zijn er nauwelijks personele consequenties. Door toename van het werkaanbod breidt Wooninc. haar organisatie uit met twee medewerkers.

In december 2013 werd bekend dat WdK onder verscherpt toezicht kwam te staan van het Centraal Fonds Volkshuisvesting (CFV). Dit was vanwege achterstallig onderhoud, onvoldoende inzicht in de werkelijke lasten, een mogelijk te laag vermogen van WdK om risico's af te dekken en dreigende liquiditeitsproblemen.

De twee corporaties gaan samen verder onder de naam Wooninc. Zij richt zich op de beschikbaarheid en betaalbaarheid van woningen voor ouderen in de regio Kempen. Deze doelgroep past bij de corporatie omdat het huidige Wooninc. ook de focus heeft op verhuren aan met name ouderen die langer zelfstandig blijven wonen.

Het eerste woongebouw van Wooninc. met een concept speciaal voor ouderen, dateert uit 1973. Dit Beschermd Wonen-concept (nu Wooninc.Plus), is gericht op zo lang mogelijk zelfstandig wonen met extra aandacht voor veiligheid, welzijn en zorg dichtbij. In de loop der jaren zijn onder deze noemer vele complexen gerealiseerd.

Het woonconcept sluit aan bij de gewenste scheiding tussen wonen en zorg. Een corporatie is verantwoordelijk voor het wonen, een zorginstelling voor de zorg. In de Kempen is Regionale Stichting Zorgcentra de Kempen (RSZK) een belangrijke zorgaanbieder die onder meer actief is in de wooncomplexen van Wooninc.

Door de fusie ontstaat een betere waarborging van inkoopkracht, efficiëntie, investeringscapaciteit en financieringsmogelijkheden. Op die manier is het de bedoeling woningen betaalbaar te houden. Zo wordt de uitbreiding ingezet om de beoogde huurverhoging in 2015 gedeeltelijk te compenseren voor alle huurders van Wooninc. Bekeken wordt hoeveel lager de doorberekening wordt van de verhuurdersheffing richting de huurders.