De HA is van mening dat de Huurwet een ernstige inbreuk maakt op de privacy van huurders. De inkomensinformatie komt door de wet in handen van (particuliere) verhuurders, terwijl niet wordt gecontroleerd of de informatie op gerechtvaardigde gronden wordt aangevraagd. Ook zijn er geen waarborgen om verder gebruik van de informatie door de verhuurder te controleren of te beperken, stelt de HA.

De Huurwet maakt het mogelijk dat de huurprijs van gereguleerde woningen wordt verhoogd met een extra percentage boven de inflatie wanneer de huurder een bepaald inkomen heeft. De Belastingdienst verstrekt de verhuurder een inkomensindicatie van de huurder, op basis waarvan de verhuurder de huurverhoging oplegt. HA vindt dat de Belastingdienst hiermee haar geheimhoudingsplicht verbreekt.

Sinds 22 januari moet de Belastingdienst richting het College bescherming persoonsgegevens (CBP) melding maken indien verhuurders misbruik maken van het opvragen van inkomensinformatie. Het CBP moet hiervoor worden uitgerust met boetebevoegdheid, maar volgens de belangenvereniging is het onduidelijk hoe controle en toezicht op naleving hiervan zal worden geregeld. Dit beschouwt de HA als een gemiste kans.

Het meest kritisch is de HA over het feit dat huurders nu weliswaar worden ingelicht over indicatieverstrekking, maar pas nadat de verhuurder deze indicatie heeft gevraagd en gekregen.

Met de procedure wil de HA ervoor zorgen dat de Huurwet van tafel gaat en dat er geen inkomensindicaties meer worden verstrekt aan verhuurders. Eind januari is de zaak ingediend bij de rechtbank in Den Haag. De staat heeft van de rechter acht weken de tijd gekregen om te reageren op de dagvaarding.