De bevolkingsomvang in de Utrechtse woningregio’s blijft de komende jaren fors toenemen, waarvan de grootste groei van het aantal huishoudens tot 2020 plaatsvindt in de gemeente Utrecht (12 procent). Gevolg is dat ook de vraag naar sociale huurwoningen blijft stijgen. Dat komt vooral door de toename van een- en tweepersoonshuishoudens en door de vergrijzing. Dit zijn de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek dat RIGO deed naar de volkshuisvestelijke opgaven in de periode 2010-2030 in een gezamenlijke opdracht van de woningcorporaties in Utrecht-west, -midden en -zuidoost (RWU).
Het onderzoek richtte zich op zelfstandige huishoudens met een inkomen onder 45.000 euro en vooral op de huishoudens met een inkomen tot 33.614 euro. Deze laatste groep is voor de corporaties (wettelijk) de belangrijkste doelgroep (in 2012 is de norm verhoogd tot 34.085 euro). Hoewel de vraag naar sociale huurwoningen in deze regio’s blijft groeien, zet de Tweede Kamer de voor de nieuwbouw ongunstige verhuurdersheffing door. Mogelijk wordt deze vervroegd van 2014 naar 2013.
Naar verwachting groeit de omvang van de genoemde belangrijkste groep met 28.920 in de periode 2010-2030, waardoor het aantal huishoudens in deze groep in 2030 dan op 123.620 uitkomt. In de periode 2010-2015 gaat het om 7720 extra huishoudens en in 2015-2030 om nog eens 21.200. Het scenario van RIGO laat zien dat bij het bestendigen van zware economische tegenwind, de vraag naar sociale huurwoningen nog meer zal stijgen.
In Utrecht-midden bestaat in 2030 71 procent van de doelgroep met een inkomen tot de huurtoeslaggrenzen uit alleenstaanden, en 11 procent bestaat uit gezinnen. De doelgroep met een inkomen tussen de huurtoeslaggrenzen en 34.084 euro, bestaat voor 79 procent uit alleenstaanden.
Er is wel een verschil tussen de stad Utrecht en de overige regio’s. In de periode 2015 en 2030 groeit in de stad Utrecht vooral de groep jongeren tot 25 jaar. In de overige regio’s zijn het vooral de mensen tussen de 25 en de 35 jaar. Het totale aantal zelfstandig wonende 65-plussers zal in 2030 naar verwachting 79 procent hoger liggen dan in 2010. Als je kijkt naar de drie Utrechtse regio’s, dan springt de stad Utrecht eruit: de groep zelfstandig wonende 65-plussers zal hier volgens de prognose meer dan verdubbelen.
De vraag naar sociale huurwoningen is in de populaire Utrechtse regio’s veel groter dan het aanbod. Deze situatie zal de komende jaren niet verbeteren. Door de economische teruggang kunnen woningcorporaties minder investeren in nieuwbouw. De crisis zorgt ervoor dat er te weinig beweging is in de woningmarkt en dat er in de bestaande sociale huurvoorraad weinig woningen vrijkomen. Ten slotte werkt onzekerheid over de hypotheekrenteaftrek verlammend op de markt waardoor de doorstroming van huur- naar koopwoningen stagneert.
De corporaties willen zowel kwantitatief als kwalitatief zo veel mogelijk tegemoet komen aan de grote vraag naar huurwoningen. Nieuwbouw richt zich daarom vooral op een- en tweepersoonshuishoudens. De inzet is om zo veel mogelijk haalbare nieuwbouwprogramma’s te realiseren. Succes wordt gezocht in het lokaal en regionaal samenwerken, en door helder te zijn over ieders financiële mogelijkheden en onmogelijkheden. Zo wordt getracht de woningmarkt in beweging te krijgen. Als de regering de verhuurdersheffing nu doorzet, dan gaat dit volgens RIGO ten koste van investeringen in de nieuwbouw. De vraag naar huurwoningen blijft echter onvermijdelijk stijgen.
Reacties