Een kwart van de woningen in Nederland, tussen 1970 en 1985 gebouwd in zogenaamde woonerf- of bloemkoolwijken, is toe aan groot onderhoud. Het boek ‘Bloemkoolwijken’ maakt inzichtelijk dat de stedelijke vernieuwing van bloemkoolwijken anders aangepakt moet worden dan tot nu toe gebruikelijk was bij de naoorlogse wijken.
De bloemkoolwijk, met zijn kronkelige wegen, hofjes en autoluwe woonerven, was destijds hét recept voor een prettige woonomgeving. En nog steeds zijn veel bewoners tevreden met hun wijk. De opzet van deze wijken is echter nooit populair geworden bij ontwerpers en bestuurders. Nu de wijken toe zijn aan vernieuwing is het tijd voor bezinning op hun toekomst.
In het boek ‘Bloemkoolwijken’ worden ruim 35 bloemkoolwijken in kaart gebracht. De auteurs Martijn Ubink en Thijs van der Steeg onderzochten deze en 125 andere wijken op trends en ontwikkelingen in de woningvoorraad, woningmarktpositie, bewonerssamenstelling, en leefbaarheid, maar daarnaast ook op ruimtelijke en stedenbouwkundige kenmerken en het functioneren hiervan vandaag de dag. De resultaten van het onderzoek naar de bloemkoolwijken zijn terug te vinden in heldere kaarten en scherpe analyses die nieuwe ruimtelijke en sociaal-economische inzichten verschaffen. Het boek wordt op 3 maart om 20.00 uur gepresenteerd in het Architectuurcentrum Hoorn.
Reacties